Adrian en Jennifer Houbraken

Adrian en Jennifer Houbraken runnen samen een melkveebedrijf aan de Bredasedijk in Bergeijk. Direct na het afronden van zijn agrarische opleiding stond Adrian klaar om op de boerderij van zijn ouders aan de slag te gaan. Bij de Monaco in de rij voor de jassen leerde hij Jennifer kennen, die als bonus ook nog eens hart voor de agrarische sector bleek te hebben. Sinds 2002 wonen ze samen op de boerderij, inmiddels een dochter en twee zoons rijker. Samen hebben ze in de loop der jaren het bedrijf steeds mee ontwikkeld met de tijd. Dat gebeurde niet altijd zonder tegenslagen.

Adrian: “Mijn vader is hier eind jaren ’60 begonnen. Eerst met koeien, later ook met varkens. Sinds ik in het bedrijf zit hebben we de varkenstak afgestoten en zijn we gespecialiseerd en gegroeid in melkvee.” Na het bedrijf in 2015 te hebben gemoderniseerd en uitgebreid om 180 melkkoeien met bijbehorend jongvee te kunnen houden, gooide de tussentijds ingevoerde fosfaatwetgeving ook de plannen van Adrian en Jennifer overhoop. Adrian vertelt: “We stonden daardoor voor een kruispunt. Het zou eigenlijk logisch zijn om –dure- fosfaatrechten te kopen om zo de volledige capaciteit van de stal en de melkrobots te benutten. Maar dat zou behalve meer omzet ook meer financiering betekenen. Uiteindelijk hebben we voorlopig geaccepteerd dat onze stal voor een deel leeg staat en proberen we het bedrijf met de huidige 120 koeien te optimaliseren en kijken we of we iets kunnen met de maatschappelijke trends, zoals grondgebondenheid, biodiversiteit, klimaat en kringlooplandbouw.”

Grondgebonden zijn betekent dat het bedrijf voldoende grond heeft om het ruwvoer voor de eigen koeien te telen, en de mest van de dieren vervolgens terug te brengen op diezelfde grond. Het bedrijf past weidegang toe. Adrian: “We hebben ook veel ingezet op automatisering, zodat we efficiënt kunnen werken. Daardoor houden we ook tijd over voor onze hobby’s zoals wielrennen en naar het voetbal gaan met de kinderen.”

Het bedrijf is deelnemer aan het project ‘Koeien en Kansen’. Een netwerk van 16 melkveehouders verspreid over Nederland die, ondersteund door onderzoekers van de universiteit in Wageningen, zoeken naar praktische oplossingen om toekomstig beleid op bedrijfsniveau in te passen. Adrian geeft een voorbeeld: “Nederlandse melkveebedrijven mogen wettelijk maar een bepaalde hoeveelheid dierlijke mest op hun grond gebruiken, de rest van wat het gewas nodig heeft moet worden aangevuld met kunstmest. Dat is eigenlijk hartstikke krom. Wij doen onderzoek om kunstmestgebruik te verminderen en wat meer dierlijke mest te mogen gebruiken. De milieutechnische resultaten hiervan worden nauwkeurig gemonitord en zijn goed.  Wat mij betreft een goede stap richting kringlooplandbouw!” Ook bestaat de helft van het grasareaal van het bedrijf uit een mengsel van gras met rode en witte klaver. Klaver heeft de eigenschap dat het stikstof uit de lucht kan binden om te gebruiken als bouwstof voor eiwit waardoor minder stikstof uit mest nodig is. Bijkomend voordeel is dat klaver zorgt voor een betere doorworteling en veel insecten aantrekt.

Recent heeft het bedrijf geïnvesteerd in zonnepanelen op de staldaken. “Daardoor zijn we netto-energieleverancier geworden en dragen we een steentje bij aan de oplossing van het klimaat- en energievraagstuk.” Wanneer gevraagd wordt naar de toekomst van hun melkveebedrijf, voorzien Adrian en Jennifer een verdere verschuiving. Adrian: “Toen wij op school zaten leerden we hoe je meer per hectare, meer per koe, meer per persoon kon produceren. Dat was ook de opdracht van de landbouw. Tegenwoordig vraagt de maatschappij ook andere diensten van boerenbedrijven, zoals leveren van energie en landschapsbeheer.” Wel moet hij constateren dat een beloning voor deze laatste functie voorlopig uitblijft. Jennifer, die ook een parttime baan buitenshuis heeft, vult aan: “We leveren gratis allerlei inspanningen zoals  landschapsonderhoud, waar bezoekers van het buitengebied van kunnen genieten. We hebben langs de Keersop dit voorjaar zelfs een bloemrijke rand voor de bijen ingezaaid, welke nu volop bloeit! Het levert ons een klein plusje op de melkprijs op, maar dat staat helaas nog niet in verhouding tot de investeringen die wij doen voor een duurzamere toekomst. Dat zouden mensen zich eigenlijk wel wat beter mogen realiseren als ze nieuwe wensen uitspreken richting de landbouw.”

Desalniettemin is er nog genoeg te genieten op en rond het bedrijf. Op de vraag waar ze de meeste voldoening uithalen, antwoordt Adrian: “Als het goed loopt in de stal. Van de koeien die de wei in gaan, een goed gelukte mais- of grasoogst of een mooi vaarskalfje van je beste koe.”